Onze vakantietips 2019

A small step

Vijftig jaar geleden, op 20 juli 1969, landden de eerste mensen op de maan. Tenminste, dat denken we. We hebben beelden, geluidsfragmenten, maanstenen. Ik denk ook wel dat het echt was hoor, maar destijds waren er serieus mensen die dachten dat Buzz Aldrin en Neil Armstrong rondstapten in een studio en dat de hele maanlanding in scène was gezet. Het leek me zoveel moeite en voor wat precies? Om indruk te maken op de Russen? Een soort spierballenrollen voor gevorderden. Het is de eeuwige strijd tussen feit en fictie. Het spel dat gespeeld wordt met willen geloven, aannemelijkheid en verbeeldingskracht. Als schrijver kun je binnen de veilige muren van de fictie alles maken. Maar ik vind dat hierbij hetzelfde geldt als bij de vrijheid van meningsuiting: het feit dat je alles mag zeggen betekent niet dat iedereen er maar de hele tijd van alles uit moet flappen. Het mág, maar soms is het beter je mening voor je te houden. En qua literatuur: je mag natuurlijk alles verzinnen wat je lief is, maar het is niet altijd nodig.

Dit voorjaar las ik Vallen is als vliegen van Manon Uphoff. Uphoff doet er nergens geheimzinnig over: dit is het verhaal van haar jeugd. Misbruik (wat ik altijd een te net woord heb gevonden), machtsmisbruik, het kind dat probeert af te tasten wat normaal is – Uphoff kan, nee, moet er eindelijk over schrijven, eindelijk lukt het haar de lijmrandjes van de scherven te krabben en de ravage te overzien. Ze doet dit voorzichtig en liefdevol, maar tegelijkertijd voel je de urgentie, de woede, het onrecht. En die urgentie was wat me vooral raakte denk ik. Het blijft ingewikkeld: welbeschouwd gaat het me allemaal niks aan en bovenstaande blijft van kracht (je hóéft niet alles op te schrijven) en toch dacht ik na het lezen: 1-0 voor de literatuur. (Of eigenlijk 10-0, ik vond het echt ongelofelijk goed.) Eerder schreef ik al over Vallen is als vliegen dat ik het gevoel had dat je zo’n boek, over zo’n onderwerp, alleen kon schrijven als het je eigen verhaal was. En dat je je deze thema’s eigenlijk niet mocht toe-eigenen. Nou ja, we leven in een vrij land en binnen de literatuur mag je je van alles toe-eigenen, maar voor mij werkt het dan niet. Dacht ik. Lang dacht ik over mijn eigen bewering na. Natuurlijk kon ik talloze voorbeelden bedenken die mijn eigen theorietje onderbouwden, maar toen ik mijn lijstje maakte voor deze nieuwsbrief en bij de laatste tip aankwam, kwam alles weer op losse schroeven te staan. In Darlah stuurt Johan Harstad drie jongeren met vijf astronauten naar de maan. Ze krijgen een intensieve training en stappen dan aan boord van de maanraket. Harstad beschrijft het zo realistisch dat je het schudden van de raket bij de start kunt voelen en je je ook heel goed kunt voorstellen hoe het is om een maanwandeling te maken. En tja, ik weet toch wel heel zeker dat Harstad niet op de maan is geweest…
En zo weet ik weer waarom ik nooit ben afgestudeerd, en dat de literatuur valt of staat met de wil van de lezer, de wil om mee te gaan in het verhaal.
Als u van goede wil bent – en dat bent u – dan laat u zich weer meevoeren naar moestuinen en bergtoppen, naar Canadese bossen en Syrische olijfgaarden, naar onbewoonbare eilanden en Listige Laantjes. Of naar de maan dus. En het mooie is: u mag er gewoon bij thuisblijven. Als u maar binnen het bereik van een boekhandel blijft.

Bon voyage, Edith

Welke boeken tippen wij voor deze zomer?

Jan

Otmars zonen – Peter Buwalda

Het uitkomen van Otmars zonen is niet onopgemerkt gebleven. Peter Buwalda had in het half jaar voor de publicatiedatum al veel aandacht in de pers gekregen/gevraagd. Hij had zijn manuscript nog eens gelezen en was tot de conclusie gekomen dat het niet goed genoeg was. Er volgden een paar maanden waarin hij flinke stukken van dit eerste deel van de trilogie herschreef. Je moet maar durven: voor uitgever, boekhandels en lezers die al acht jaar wachten op je nieuwe roman is verschuiven van de feestelijke presentatie met een half jaar toch een tamelijke precaire gebeurtenis. En met dat verschuif werden de verwachtingen weer verder opgeschroefd; de lancering in maart was dan ook een reuzespannende gebeurtenis. Voor Buwalda moet het een enorm pak van zijn hart zijn geweest toen in de weken daarna de recensiesterrenregen over zijn boek neerdaalde.
nfin. Ik begon natuurlijk ook niet onbevangen te lezen. Bonita Avenue was voor mij de klapper van 2011, zo lang geleden alweer. Zou hij zijn kunstje kunnen herhalen? Of, beter: zou hij beter kunnen? Mijn antwoord: ja, já, jazéker! Otmars zonen is goed, érg goed, nee, meer dan dat, het boek is onovertroffen, het is buitencategorie, het is zelfs nog meer dan dat, het is uitzonderlijk.
Allereerst heeft het boek een krachtige plot. Of eigenlijk zijn er meerdere plots. Een trits hoofdpersonen komt opdraven en verschillende – samenhangende – verhaallijnen lopen door elkaar heen en spelen zich af op verschillende tijdstippen en op een variëteit aan locaties in Nederland en de rest van de wereld. Ook trekt Buwalda uiteenlopende detailregisters open, van klein (‘waar zijn mijn oordopjes’) tot groot (‘waar is mijn vader?’).
et heeft geen zin om hier een korte samenvatting te geven. Het zou te veel weggeven en bovendien is dit verhaal niet compact na te vertellen, zo veelomvattend is het. Ik volsta met te zeggen dat de hele geschiedenis bijzonder origineel bedacht is en vol staat met spectaculaire gebeurtenissen, waarvan vele van het kaliber ‘hoe verzínt hij het?’.
Buwalda’s stijl is ronduit meesterlijk. Met een speels gemak bouwt hij zinnen die uitblinken in beschrijvingsvindingrijkheid. Hij strooit met mooie metaforen en zijn verteltempo ligt lekker hoog.
De ingenieuze structuur van het boek verdient hier bijzondere aandacht. Buwalda heeft zich er niet van afgemaakt met een overzichtelijke lineaire vertelling. De gebeurtenissen op de vele verschillende momenten in heden en verleden worden door elkaar in wisselende volgordes en in gedeelten opgediend. Je krijgt soms honderden bladzijden later de clou van een eerder voorval door. Binnen een alinea, soms op één regel, komen twee, drie verhalen samen. De ultieme regel staat op bladzijde 513:
‘En?’ had Otmar gevraagd. ‘En? vroeg Ludwig nieuwsgierig. ‘En?’ vraagt Isabelle.

Het zijn puzzelstukjes, je legt ze na verloop van tijd aan elkaar. Klinkt moeilijk? Helemaal niet en dat is Buwalda’s verdienste: zijn vertelling is helder en staat met beide benen op de grond. Goed, soms moest ik even terugbladeren om te kijken hoe het ook weer zat en las dan zó weer een half uur wat ik dagen eerder al had gelezen. Ik ken geen ander boek waarbij ik passages met meer genoegen herlas.
Aldus wordt het lezen van Otmars zonen als het ware een driedimensionale ervaring: de tijd in het verhaal, Peter Buwalda’s niet-chronologische vertelling en daarbovenop mijn eigen lezing die niet in een rechte lijn van kaft naar kaft ging.

Otmars zonen is een groots boek van een schrijver die ik inmiddels (na pas twee romans) ook groots kan noemen.

Corine

Heilbot op de maan – David Vann

Ik haal diep adem, verzamel alle moed. Want het boek waarvan ik zo graag wil dat iedereen het leest is geen vrolijk of gemakkelijk boek. Het heet Heilbot op de maan en is de negende roman van David Vann. En diens personages zijn doorgaans geen levenslustige types, om het eufemistisch uit te drukken. David Vann, voor wie het nog niet weet, is een Canadese auteur die doorbrak met de veelzeggende titel Legende van een zelfmoord. Het landschap en de gemoedstoestand gingen daarin gelijk op, de velden waren dor en de mensen zagen het bepaald niet meer zitten. Maar toch. Ik lees alles van Vann. En ik weet inmiddels dat zijn familiegeschiedenis verdacht veel lijkt op die van zijn personages. Een jeugd met veel achteloos bungelende jachtgeweren aan de muur, met weinig uitzicht behalve op eindeloze sneeuw op rotsen en ja, erg veel zelfmoorden. Maar jongens, wat een schrijver. Hij is zo precies in het beschrijven van lusteloosheid dat ik er vrólijk van word. In het voorwoord van Heilbot op de maan legt Vann uit waarom hij in dit boek teruggaat, moet gaan, naar de zelfmoord van zijn vader. Enerzijds om het sluimerend schuldgevoel van zich af te schrijven, en het verhaal af te sluiten. Anderzijds heeft hij nieuwe informatie verkregen: volgens zijn stiefmoeder was Jim, zoals hij in het boek heet, van plan haar te doden, alvorens zichzelf van het leven te beroven. Dit levert Vann zoveel nieuwe vragen op, dat hij er maar meteen een heel boek van gemaakt heeft, met daarin ook enkele losse verhalen. En gelukkig maar. Het is een godswonder hoe hij, die onmogelijk ongeschonden uit deze strijd heeft kunnen komen, zo gedetailleerd kan beschrijven hoe een manisch depressieve geest werkt. Hoe liefdevol de mensen om hem heen zijn, en hoe kansloos. Lieve mensen, lees dit boek, en zie weer eens wat literatuur vermag. Vernietigend helend.

We doen wat we kunnen – Lykele Muus

Fijne titel, sprankelend omslag: toen het binnenkwam cirkelden alle verkopers van dienst er onmiddellijk omheen. En gunst, óf ze doen wat ze kunnen, de twee echtparen waar het om draait in dit boek. Ze hebben samen een vakantiehuisje in een doorsnee vakantiepark, en zitten daar heerlijk tegen elkaar op te leven. Wat hen bindt is helaas niet veel meer dan dat huisje, en wellicht die dochters van dezelfde leeftijd. Ze zijn bevriend, maar waarom eigenlijk? Omdat het zo uitkomt? Uiteindelijk blijken ze afhankelijker van elkaar dan ze ooit hadden kunnen bevroeden… Het is een boek dat het beste mee kan naar het strand, waar je het achter elkaar uit zal lezen. Bij voorkeur het Zeeuwse strand. Lykele Muus is een begenadigd schrijver, hij weet de kleinste zenuwtrekjes en banale handelingen te ontleden als een raspsycholoog. Hoe wéét jij dat, dacht ik een aantal keer, vol bewondering. Hij ziet het. Heel knap.

Archief van verloren kinderen – Valeria Luiselli

Van een heel ander kaliber, maar ook dit boek moet zeker gelezen in de/een vakantie: het dient namelijk achter elkaar uitgelezen. Onderbreken werkt niet bevorderlijk, was mijn ervaring; je moet echt meegaan op de reis van deze briljante Mexicaans-Amerikaanse journaliste/schrijfster. Zij en haar gezin maken een roadtrip van New York naar de grens met Mexico. Zij zoekt het verhaal van de Mexicaanse kinderen, de verloren kinderen, die de grens over willen, hij het verhaal van de Apache-indianen. Beiden leggen geluiden vast en documenteren op die manier de wereld. De kinderen noemt ze consequent ‘de jongen’ en ‘het meisje’, wat een onverhoeds intieme band schept. Het meisje is alle meisjes, de jongen is alle jongens. En op een gegeven moment zijn zij zelfs de verloren kinderen. Geweldige roman, vol liefde, politiek, mythe en ongemakkelijke waarheid.

Allesverpletterende (Faxen aan Ger) – Nicolien Mizee

Ook dit moet in de koffer. Hoe dan ook. Ik weet heus wel dat het nog niet verschenen is, of bij het verschijnen van deze nieuwsbrief wellicht nét: houd er in godsnaam een plekje voor vrij. Mizee had even een tussendoortje met haar Moord op de moestuin. Lollig, slim en leuk, maar de faxen, waarvan dit alweer de derde bundeling is, daar leven we voor. Mizee is onderhoudend, grappig, bizar, analytisch, en we verwachten niets minder dan meer van hetzelfde. (En mensen, die titel!)

Mieke

De rechtvaardigen – Jan Brokken

Regelmatig lees ik twee boeken tegelijkertijd. Als ik te lui ben om uit mijn warme bed te komen en naar beneden te lopen, pak ik een ander boek van de stapel naast me. Er ligt genoeg. Toen ik Vallen is als vliegen las, liet ik het boek bewust beneden liggen. Het verhaal van Manon Uphoff, dat ze als een mythe vormgaf, ontregelde me. Een gruwelijk verhaal, zo mooi geschreven dat mijn emoties van bewondering, weerzin, ongeloof tot mededogen door elkaar liepen.
In bed las ik in die dagen Het leven, mijn handleiding van Marja Pruis, als troost. Pruis beschrijft gebeurtenissen uit haar (en mijn) leven en houdt ons overeind met humor en relativering. Ook las ik De rechtvaardigen van Jan Brokken en een heftige young adult-thriller van Ursula Poznansky, waarover hieronder meer.

De rechtvaardigen is het verhaal van twee vergeten helden: Jan Zwartendijk – ‘Mr. Radio Philips’ – en Chiune Sugihara, de Japanse consul in Litouwen. Toen de Duitsers in 1941 Litouwen binnenvielen bedacht Jan Zwartendijk samen met zijn Joodse vriend Nathan Gurtwirth een plan: door visa uit te schrijven voor Curaçao (Nederlands grondgebied) konden de vanuit Polen gevluchte Joden weg uit Litouwen. Samen met Sigihara schreef hij koortsachtig duizenden visa uit. Zodoende reisden de Joden met de Trans Siberië Express door Japan en verspreidden zich; Curaçao werd nooit bereikt. Na de oorlog werden beide mannen berispt om hun eigengereide optreden. Jan Brokken deed onderzoek naar de persoonlijke verhalen en kwam erachter dat 5000 Joden zijn gered. Helaas heeft Jan Zwartendijk dit nooit geweten, hij kreeg zo weinig terugmeldingen dat hij ervan uitging dat velen de oorlog niet hadden overleefd. Hij stierf in 1975. Op de dag van zijn begrafenis kwam er een brief uit Israël waarin stond dat hem de Yad Vashem-onderscheiding toegekend was.
Vijf dagen lang heb ik het boek overal mee naar toegenomen en achter elkaar uitgelezen. Net als in De vergelding heeft Brokken een verhaal verteld dat je niet meer loslaat. De wijze waarop hij dat gedaan heeft is indrukwekkend.

Aquila – Ursula Poznanski (vanaf 15 jaar)

Aquila is een wijk in Siena (Italië) waar Nika niet meer mag komen, als ze de onbegrijpelijke aantekeningen in haar eigen handschrift moet geloven. Twee dagen en nachten zijn uit haar geheugen gewist, maar dat er iets verschrikkelijks is gebeurd, is duidelijk. Haar huisgenote Jenny wordt dood aangetroffen en Nika wordt verdacht van moord. Dwalend door de stad gaat ze op zoek naar aanwijzingen om haar onschuld aan te tonen met hulp van een vriend, Stefano. Intussen twijfelt ze aan iedereen en aan zichzelf. Nika weet dat haar cryptische aantekeningen haar enige uitweg zijn. Als ze die tenminste kan uitleggen aan de politie. Poznanski heeft na Erebos en Layers opnieuw een weergaloos spannende young adult-thriller geschreven, vol symboliek en duistere krachten. Het verhaal is door de moord behoorlijk heftig: 15+ lijkt me een duidelijke indicatie. Goed vertaald door Esther Ottens.

Iris

Doggerland – Ben Smith

Het verhaal gaat over een jongen en een oudere man. Ze zijn al zo lang op zee dat ze niet meer goed weten hoe het vasteland eruitziet of ruikt. Ze werken voor het Bedrijf en zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van het windmolenpark dat zich oneindig lijkt uit te strekken in de Noordzee. Er is weinig afleiding en alleen ingeblikt onduidelijk voedsel. De oude man is vooral geïnteresseerd wat zich in het water bevindt terwijl de jongen juist vastbesloten is te ontdekken wat er achter het windmolenpark ligt. Als lezer krijg je alleen de hoogstnoodzakelijke informatie, waardoor veel in het ongewisse blijft zonder dat het ergens gaat vervelen. Een boek dat je dwingt mee te gaan in het ritme van de eeuwigdurende dagen met het geluid van de windmolens op de achtergrond.

Klein Engeland – Jonathan Coe

Wat een heerlijk scherp en hilarisch boek! En dat terwijl het verhaal zich afspeelt rondom de serieuze kwestie van de Brixit, sorry, Brexit. (Als u op bladzijde 310 bent aangekomen weet u wat ik bedoel.) Jonathan Coe is een van de beste schrijvers die Engeland op dit moment heeft!

Ode aan de kleinste musea van Nederland (en de mensen die ze mogelijk maken) – Maartje ter Horst

Een boek waar je direct van gaat glimlachen. Hierin zie je de ‘hobbyende’ mens in volle glorie. Wist u dat er een Henny Huismanmuseum en een Nederlands dakpannenmuseum zijn? Mijn lievelingsmuseum is toch wel het Klaver vier- eekhoorn- en koekplankenmuseum in Terborg. Een leuk uitje voor de zomervakantie!

De zusterklokken – Lars Mytting

De auteur van De vlamberken en De man en het hout is terug, en hoe! Ook hier speelt de houtfascinatie van de schrijver weer op en levert hij een spannende en soepel leesbare roman af.

Martijn

Het vloekhout – Johan de Boose

Een bijzonder intrigerende historische roman waarin een stuk hout de hoofdrol speelt. Het hout is de personificatie van een olijfboom uit het Syrië rond het jaar nul, die wordt omgehakt en onderdeel wordt van het kruis van Christus. Meegaand met de geschiedenis reflecteert de plank erop los, en gaat diepe persoonlijke relaties aan met de vele eigenaren die het krijgt. De verwoordingen van De Boose en de metaforische elementen zijn heerlijk om te lezen. Het stuk hout wordt een icoon, het wordt aanbeden, het wordt afgedankt. En tijdens dat alles kijkt het stuk hout mee en ziet de mooiste en meest verschrikkelijke menselijke eigenschappen. Het kan vanuit een veilige positie reflecteren op de imperfecties van de mens, van de misplaatste aanbidding van voorwerpen en de onterechte veroordelingen tijdens de Spaanse inquisitie. Het is een bizar gegeven, maar De Boose weet het stuk hout prachtig tot leven te wekken. Het is een roman waarin je moeiteloos meegesleept wordt.

De muur – John Lanchester

De Anderen zijn de grote bedreiging. Als de Anderen over de muur komen ben jij verantwoordelijk en word je zelf een Andere. Het is deze compleet bizarre werkelijkheid waar Lanchester je mee laat kennismaken. Het Verenigd Koninkrijk is nog altijd een eiland, maar nu ook compleet afgesloten. De hele kust is verstevigd met een enorme betonnen muur, met als enige doel om de Anderen buiten te houden. Het is een dystopisch beeld, maar ook heel herkenbaar.
De achttienjarige Joseph Kavanaugh moet verplicht dienstdoen op die muur. Het is een hel. Het is er koud. Het is er donker. Het is gevaarlijk. Geïndoctrineerd door het beeld dat de Anderen de grote vijand zijn, moet Kavanaugh samen met zijn lotgenoten Engeland beschermen. Als hij faalt, moet ook hij de zee op in een gammel bootje. Het hangt als het zwaard van Damocles boven zijn hoofd. Lanchester beschrijft het leven met constante angst en onzekerheid tergend realistisch en daarmee is De muur spannende fictie met veel elementen die ook in de huidige tijd herkenbaar overkomen.

Omwenteling – hoe staten omgaan met crisis en verandering – Jared Diamond

In zijn eerdere werken, zoals Zwaarden, paarden en ziektekiemen (1997), onderzocht Jared Diamond hoe beschavingen opbloeien en hoe ze ten onder gaan. In Omwenteling – hoe staten omgaan met crisis en verandering richt hij zijn aandacht op de verbazingwekkende veerkracht van landen in crisis en op de landen die hierin tekortschieten. Op een soort therapeutische manier kijkt hij naar de betekenis van dergelijke omwentelingen in zeven landen: Finland, Japan, Chili, Indonesië, Duitsland, Australië en de Verenigde Staten. Zo staat voor Finland de oorlog met de Sovjet-Unie centraal en voor Japan het eerste contact met een Amerikaanse oorlogsvloot halverwege de negentiende eeuw. Dit soort gebeurtenissen leidden tot ingrijpende veranderingen, net zoals volgens Diamond een mens ook omgaat met persoonlijke crises. Diamonds manier van schrijven is weer bijzonder toegankelijk. Zijn enthousiasme voor de verschillende facetten van de wereld maken ook Omwenteling weer een heerlijk non-fictiewerk dat voor iedereen interessant kan zijn. De casestudies bieden een algemene kijk op een aantal belangrijke gebeurtenissen in de wereldgeschiedenis, en tonen ook een diepere politieke laag die Diamond erin heeft weten te leggen. Waar hij eigenlijk altijd stelt dat hij ‘overal’ in is geïnteresseerd, is dit dan ook zijn meest politieke boek. Wat kunnen we leren van eerdere crises?

Marijke

De dochter van Crusoe – Jane Gardam

Opnieuw een prachtig Jane Gardam-boek. Polly Flint wordt aan het begin van de twintigste eeuw op zesjarige leeftijd door haar vader ondergebracht bij twee tantes, zusters van haar moeder, in het ‘gele huis’ aan de rand van een moeras aan de Engelse kust. Haar moeder is overleden en haar vader moet weer naar zee. Polly wordt liefdevol opgevangen, maar groeit toch eenzaam op. Ze is eigenzinnig en beschouwt de wereld om zich heen met een kritisch oog. Ze heeft een grote liefde voor lezen en haar steun en gids is het boek over Robinson Crusoe, met wie ze zich identificeert.
Gardam voert de lezer langs het leven van alledag en langs grote, soms ingrijpende gebeurtenissen in Polly’s leven. De beide tantes nemen een levensveranderende beslissing met de nodige gevolgen voor Polly. Ze wordt vervolgens ondergebracht op het landgoed van een ander familielid, een soort kunstenaarskolonie. Daar komt ook de liefde om de hoek kijken. Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog noodzaakt haar terug te gaan naar het gele huis. Ze raakt geïsoleerd en verslonst. Tot er een beroep op haar wordt gedaan. Dit boek heeft veel elementen van Gardams eigen jeugd en die van haar moeder in het eenzame Yorkshire. Het verhaal verloopt chronologisch, de dialogen en observaties zijn raak, geestig en onderhoudend.
Als u van klassieke Engelse literatuur houdt is dit een heel mooi boek.

Moord op de moestuin – Nicolien Mizee

Een heerlijke detective, vol humor en met allerlei verwikkelingen. Judith’s zus Cora en haar zwager Ab hebben een boswachtershuisje gehuurd op een vervallen landgoed. Judith en haar kersverse echtgenoot Thijs gaan mee omdat Thijs moet herstellen van een hartaanval. Het landgoed blijkt van twee vroegere hartsvriendinnen van Judith en Cora te zijn. Onbedoeld belanden ze in een situatie vol mysterie, raadsels, intriges en roddels. En dan is er een gruwelijke vondst. Onweerstaanbaar voor Judith; ze gaat op onderzoek uit. Er komt steeds meer aan het licht.
Licht van toon, vol humor en heerlijke zinnen. Lekker lezen op de moestuin.

Klein Engeland – Jonathan Coe

Het verhaal in Klein Engeland beschrijft de periode vanaf 2010 tot aan de vooravond van de Brexit, nazomer 2018 en speelt zich vooral af in Birmingham. We volgen een aantal personages, familieleden, vrienden, zoals:
– Benjamin, een vijftiger, verlaten door zijn geliefde, droomt van een carrière als schrijver;
– Lois, zijn zus, succesvol, maar getraumatiseerd door een ingrijpende gebeurtenis;
– Colin, hun humeurige vader, die net zijn vrouw heeft begraven en langzaam achteruit gaat;
– Sophie, dochter van Lois, intelligent en veelbelovend in haar carrière aan de universiteit, die verliefd wordt op de zeer aantrekkelijke Ian. Een combinatie die niet zo passend lijkt;
– Dough, jeugdvriend van Benjamin en een belangrijk politiek commentator;
– Coriander, dochter van Dough, die zich als strijdster voor sociale rechtvaardigheid flink laat gelden.

Aan de hand van verwikkelingen in de levens van de personages krijg je een goed beeld van de huidige ontwikkelingen in Groot-Brittannië, met alle bijbehorende frustratie, woede, teleurstelling en nostalgie. Buitengewoon goed en onderhoudend verteld, kritisch en natuurlijk met groot gevoel voor humor.
Zeker lezen!

Edith

Echte pretentie – waarom het zo irritant is en waarom we niet zonder kunnen – Joost de Vries

Bijna iedereen doet zich beter voor dan hij/zij is, maar als mensen de intellectueel gaan uithangen, vinden we dat al snel pretentieus. Waarom is het wel in alle kringen oké om veel over voetbal te weten, maar gaan omstanders met de ogen rollen als je Rilke citeert? En hoe komt het dat mensen zich vroeger schaamden voor wat ze niet wisten en mensen nu juist terughoudend zijn om te laten zien wat ze wél weten? De Vries (die ik altijd reuze pretentieus vond, haha) schreef er een heerlijk boek over. Persoonlijk, grappig, interessant en aanstekelijk.
Zorg wel dat je in de buurt blijft van een echte boekhandel, want je krijgt geheid zin meteen alles van Susan Sontag en Karel van het Reve te gaan lezen, als je dat niet alláng gedaan hebt natuurlijk.

Klein Engeland – Jonathan Coe

Nog een boek met het risico op ‘collateral damage’ ofwel acute doorleeszin. In Klein Engeland duiken oude bekenden op voor de Coe-volgers: Benjamin Trotter, zijn zus en hun vrienden. We kennen ze nog uit De Rottersclub (2001) en De gesloten cirkel (2004). De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik na dik vijftien jaar eigenlijk alleen nog weet met hoe veel plezier ik die boeken las, maar ik kreeg dus wel meteen weer zin ze te herlezen en misschien doe ik dat wel gewoon deze zomer. Doet er allemaal niet toe, Klein Engeland laat zich perfect los lezen.
In een heerlijk tempo leidt Coe je langs de ravage die de Brexit (of was het nou Brixit?) op voorhand al aanricht. In alle lagen van de bevolking komen voor- en tegenstanders tegenover elkaar te staan, de verwarring groeit, niemand weet echt hoe het zit, iedereen heeft een mening. Ik heb me enorm verkneukeld over de onhandige mannen waar Coe patent op heeft en gelaafd aan het plezier waarmee dit boek geschreven is.

De zusterklokken – Lars Mytting

Eens in de zoveel tijd lees je een roman waarvan je denkt: dit is nu een ultiem vakantieboek. De zusterklokken is er zo eentje. Een heerlijk meeslepend verhaal over het Noorse dorpje Butangen rond 1880. De nieuwe ambitieuze pastoor wil de staafkerk (googel maar even) vervangen door een modern kerkgebouw om het tanende geloof nieuw leven in te blazen. Maar dat is buiten de koppige Astrid Hekne gerekend. Astrid sterft nog liever dan dat ze toekijkt hoe de kerk verdwijnt, en met de kerk de ‘zusterklokken’ – ooit een geschenk van haar familie – die zouden beschikken over duistere krachten. Romantiek, geloof, historie, mythen, natuurgeweld, jaloezie en wraak – Mytting smeedt alles mooi aaneen.

Florida – Lauren Groffflorida

Hoeveel boeken je ook meeneemt of op je nachtkastje hebt, zorg dat er altijd een verhalenbundel tussen zit. Florida bijvoorbeeld. Af en toe een verhaal tussendoor (dit klinkt oneerbiediger dan ik het bedoel) kan wonderen doen. Bij deze bundel is er echter een groot gevaar dat je alle verhalen achter elkaar wilt lezen (en er dus nog een verhalenbundel onder handbereik moet zijn). Groff heeft een organische stijl, ja, de zinnen zijn vol, maar krachtig. Er wordt veel gestormd en geregend in de verhalen – Groff schrijft zo overtuigend dat ik soms verrast was dat mijn sokken nog droog waren. Na het lezen van deze bundel weet je ook: Florida is geen goede vakantiebestemming. Dat scheelt weer.

De verloren berg – Lieke Kézér

In 2016 debuteerde Kézér met De afwezigen en won meteen prijzen. Dat is fijn, maar het legt ook extra druk op het tweede boek. Gelukkig heeft Kézér zich ogenschijnlijk nergens iets van aangetrokken en levert met De verloren berg een nog beter boek af. Met vaste hand beschrijft ze de dappere pogingen van een man zijn gezin draaiende te houden na het wegvallen van zijn vrouw. Behendig stapt Kézér over grote dramatiek heen en trapt ook niet in de ‘o-o-o-een-man-alleen-hoe-moet-dat-met-het-huishouden’-clichés. Ze trekt haar eigen plan en leidt de restanten van het gezin behoedzaam richting de Monte Perdido in de Pyreneeën. Ik vond het een verdrietig maar erg mooi boek en ik ging zelfs dromen van bergen, iets wat mij als gecertificeerd huismus niet vaak gebeurt.

Darlah, 172 uur op de maan – Johan Harstad

Wat is nu een zomernieuwsbrief zonder Harstad? Gelukkig is het vijftig jaar geleden dat Neil Armstrong en Buzz Aldrin op de maan landden en heeft Uitgeverij Podium Darlah opnieuw uitgegeven. Genoeg redenen om het nog even over Harstad te hebben. (Zijn er nog mensen in de zaal die Max, Mischa & het Tet-offensief nog níet hebben gelezen? Kan het me niet voorstellen, maar zo wel: hup, hup!)
Darlah is geschreven voor jongeren, maar is voor alle leeftijden, mits je een beetje stalen zenuwen hebt. Drie jongeren mogen mee naar de maanbasis Darlah, waar sinds 1972 niemand meer is geweest. En misschien is daar wel een heel goede reden voor, sterker nog: misschien kan er beter nooit meer iemand naar de maan gaan.
Darlah is een bloedstollende young adult-scifi-thriller, maar wel in de gelukkig makende stijl van Harstad. Ik herlees ’m bijna elk jaar sinds verschijnen, elke keer langzamer, elke keer banger. De volle maan zal nooit meer hetzelfde zijn.

Anja

Echo – Thomas Olde Heuvelt

De jonge Thomas Olde Heuvelt heeft een volstrekt eigen stemgeluid: verfrissend en origineel. In Echo raken twee jonge klimmers in de ban van een berg en krijgen een ongeluk. De ene sterft, de andere wordt wakker in het ziekenhuis en kan zich niets herinneren. Zijn gezicht is onherstelbaar beschadigd en zit onder een dik verband. Al snel wordt duidelijk dat er meer met hem aan de hand is…
Thomas Olde Heuvelt schrijft in de traditie van grootmeester Stephen King: de horror sijpelt heel langzaam het verhaal in en pakt je als lezer bij de lurven. Heerlijk griezelig!

Het boek van de vergeten artiesten – Vera Buck

Tijdens onderzoek voor een heel ander boek viel het Vera Buck op dat er in de archieven nauwelijks iets te vinden was over al die artiesten en kermisattracties die in Duitsland in de jaren dertig zijn ‘verdwenen’. Ze raakte in de ban van alle verhalen en zo ontstond Het boek van de vergeten artiesten.
Met deze roman heeft Vera Buck een prachtig monument opgericht voor een vergeten groep mensen. Ontroerend, schrijnend en heel goed geschreven. Dit is echt een aanrader!

Frankenstein in Bagdad – Ahmed Saadawi

Dit is een heel bijzonder boek! We hebben het met de Linnaeus Leesclub gelezen en (bijna) iedereen was het hierover eens.
Frankenstein in Bagdad vertelt het verhaal van Hadi de voddenman die door de straten van het door de VS bezette Bagdad struint op zoek naar achtergebleven lichaamsdelen. Hij naait ze aan elkaar zodat de overheid gedwongen wordt het geheel te erkennen als stoffelijk overschot en officieel te begraven. Maar dan verdwijnt het lichaam en krijgt Bagdad te maken met een serie mysterieuze moorden. Dit klinkt in eerste instantie als het plot van een thriller, maar dat is het boek absoluut niet! Het is een grote aanklacht tegen de oorlog, de schade en de pijn die een oorlog met zich meebrengt en het grenzeloze verdriet van degenen die nooit afscheid hebben kunnen nemen van hun geliefden omdat er geen stoffelijk overschot was.
De auteur ontving voor dit boek als eerste Irakees ooit de Internationale Prijs voor Arabische Fictie en stond ermee op de shortlist van de Man Booker International Prize. Wat mij betreft had hij ook die prijs mogen winnen. Lees dit boek.

5 ingrediënten – Jamie Oliver

Ik hou van lekker eten en schuif ook graag ergens aan – elke dag voor mezelf koken is best een uitdaging. Ik val dan snel terug op de ‘gouwe ouwe’. Gelukkig ken ik iemand die me zo nu en dan culinair op weg helpt. Door hem ben ik dol op pasta vongole geworden en heb ik recent het kookboek van Jamie aangeschaft. De recepten zijn makkelijk en het resultaat is heerlijk.

Selma

Herinneringen aan de toekomst – Siri Hustvedt

Siri Hustvedt is zo ontzettend onterecht niet heel erg bekend in Nederland. De oplettende lezer kent haar wel, haar boeken worden lovend besproken. Maar dat ik nog geen mensen massaal naar de boekhandel zie rennen om haar nieuwste boek te kopen, frustreert mij! Want wat een fantastische schrijfster is ze, en wat heeft ze weer een mooi boek geschreven. Een boek dat heen en weer vliegt tussen heden, verleden, feit en fictie. Siri speelt een spel met herinneringen en verhalen, het is een literaire parel van jewelste, een prachtig verhaal ook, over schrijverschap en volwassen worden. Daarnaast laat Siri Hustvedt met dit boek geen spaan heel van mensen die denken dat ze vrouwen een bepaalde rol kunnen toebedelen. Een dikke middelvinger naar Trump en aanverwante types. Ook fijn.

Wondersmid, de roeping van Morrigan Crow (Nevermoor 2) – Jessica Townsend

Nevermoor is een fantastische serie in wording, waarvan nu onlangs deel 2 in het Nederlands vertaald is. Het is een avontuurlijk fantasyverhaal, over de jonge Morrigan Crow die aan een dodelijke vloek ontsnapt is. Nevermoor heeft alles wat een fantasyboek moet hebben: avontuur, mysterie, wonderlijke wezens, humor en ook nog eens echt goed geschreven! De vergelijking met Harry Potter is snel gemaakt: Jessica Townsend en J.K Rowling mogen hand in hand lopen wat mij betreft.

Gapen onder water – Revka Bijl

Menig vijfentwintig- tot dertigjarige zal veel herkennen in deze moderne zedenschets van Revka Bijl. Een sterk debuut over de jonge vrouw Veda die haar plek probeert te vinden in het leven. Een veel voorkomend uitgangspunt, maar Bijl heeft een eigen stem, een vaardige stijl en een zeer scherpe blik. Het boek heeft vaart, ondanks het feit dat de hoofdpersoon zelf maar niet vooruit lijkt te komen. Ik heb erg moeten lachen om een aantal zeer pijnlijk herkenbare situaties of gedachtegangen van Veda. Kortom, een heerlijk boek! Enige nadeel: het leest als een trein dus je hebt het snel uit.

Lied van de tijd – op zoek naar Doggerland – Julia Blackburn

Bij het schrijven van dit stukje heb ik het boek nog niet uit. Dat kan gevaarlijk zijn, sommige boeken storten halverwege genadeloos in. Maar bij Julia Blackburn durf ik dit aan. Ik ken haar toon nu een beetje en die is prettig mijmerend. Ze neemt je mee op haar wandelingen langs het strand, naar vrienden, kleine dorpjes. Aan de hand daarvan wordt een groter verhaal verteld, over Doggerland in dit geval, het gebied dat ooit Engeland direct verbond met Nederland. Een fascinerend boek.

Intimiteit – Paul Verhaeghe

Paul Verhaeghe heeft weer een scherpe analyse van de huidige tijdgeest de wereld in geslingerd. In Intimiteit laat hij zien hoe belangrijk een goede relatie met je lichaam is om tot een intieme relatie met een ander te komen en welke maatschappelijke patronen hierop van invloed zijn. Verhaeghe heeft een heel persoonlijke manier van schrijven, wat ik altijd erg waardeer en mede dat maakt Intimiteit een zeer toegankelijk boek. Een belangrijke maatschappijkritische stem in de discussie over wat van waarde is in een mensenleven.

Jeanine

De eeuw van Gisèle – mythe en werkelijkheid van een kunstenares – Annet Mooij

Mijn topper van dit jaar. 
Ik kreeg het boek cadeau. Kende die hele Gisèle van Waterschoot van der Gracht niet, maar mijn vingers begonnen meteen te jeuken toen ik het prachtig uitgegeven boek vol foto’s zag. Ik werd beloond. Als een film trok het uitzonderlijke levensverhaal van deze kunstenares aan me voorbij. Geboren in 1912 in Den Haag en in 2013 in Amsterdam gestorven. Tussen geboorte en dood ligt een geprivilegieerd, zeer dynamisch en bewogen leven waarin de kunst de boventoon voert, er veel gereisd wordt, bijzondere vriendschappen ontstaan en veel wordt liefgehad.

Hoe alles hier verandert – Antjie Krog

Ik kende deze auteur alleen van haar poëzie. Toen ik dit boek in handen kreeg raakte ik meteen geïntrigeerd. Mijn intuïtie zei me dat als ik iets over het huidige Zuid-Afrika zou willen weten, ik bij deze auteur moest aankloppen.
Voor Hoe alles hier verandert heeft Antjie Krog een persoonlijke keuze gemaakt uit eerder verschenen verhalen. Voor mij waren al die verhalen nieuw en wat blijkt, nog altijd actueel.
Antjie Krog houdt een virtuoos pleidooi voor begrip en empathie in Zuid-Afrika.

Uit het leven van een hond – Sander Kollaard

Veel gebeurt er niet. Henk laat de hond uit, gaat naar zijn jarige nichtje en drinkt wat te veel. Gewone belevenissen van een gewone man. Maar, nu komt het: de taal waarin dit ogenschijnlijk eenvoudige verhaal gegoten is, is zó mooi. Ik werd er helemaal blij en rozig van.

Het beroep van mijn vader – Sorj Chalandon

Dit is het verhaal van Emile. Er is iets vreemds aan de hand. Emile weet niet wat het beroep van zijn vader is. Ieder kind weet dat toch? 
Op de vragenlijst die hij bij het begin van elk nieuw schooljaar moet invullen, schrijft hij bij de vraag ‘Beroep van de vader’ de ene keer parachutist, de volgende keer predikant, dan weer geheim agent.  Dat is wat zijn vader hem antwoordt, en als kind geloof je wat je vader zegt.
Maar pa praat én schreeuwt vooral heel veel en stelt Emile buitensporig op de proef. In plaats van een warm nest voelt het thuis, ook voor de lezer, steeds meer aan als een strafkamp. Emiles vader houdt er praktijken op na die in een sekte niet zouden misstaan.
Als lezer dook ik geregeld weg voor de onvoorspelbare woede-uitbarstingen van de vader. Draaide mijn maag meermalen om, maar moest ik gelukkig ook af en toe onbedaarlijk lachen om de waanzinnige fantasie van papa André. Een fantasie die, als Emiles vader niet gewelddadig zou zijn geweest, hem een fantastische jeugd zou hebben bezorgd.
Sorj Chalandon put voor dit aangrijpende verhaal grotendeels uit zijn eigen leven, en heeft de gave om dit op een meesterlijke en ja, zelfs liefdevolle manier te doen.

Heimat – terug naar het land van herkomst – Nora Krug

In het schitterende en volkomen originele Heimat – graphic novel, familieplakboek en onderzoeksjournalistiek ineen – maakt Nora Krug gebruik van brieven, archiefmateriaal, spullen van de vlooienmarkt en foto’s om duidelijk te maken wat het betekent om bij een land en bij een familie te horen.

Marianne

De parade – Dave Eggers

Een bizar verhaal over twee westerse mannen die in een Afrikaans land samen een belangrijke missie moeten uitvoeren: het asfalteren van een weg die het Zuiden met het Noorden verbindt. De karakters van de mannen botsen nogal en dit leidt tot allerlei vervreemdende situaties. Eggers kaart, zoals vaak in zijn romans, tijdens dit spannende verhaal een aantal sociaal maatschappelijke thema’s aan. Een heel compact, spannend, gek verhaal met een zeer verrassend einde!

Moord op de moestuin – Nicolien Mizee

Over dit boek is al veel gezegd maar ik tip ’m nog een keer want het is een heerlijk vakantieboek. Humoristisch, amusant en een tikkeltje spannend. Ideaal voor op of in de tuin en op de camping.

We love groente – kookboek voor groentegekken (en voor wie dat wil worden) – Janneke Vreugdenhil

Janneke Vreugdenhils eenvoudige groenterecepten zijn inspirerend voor iedereen die zijn vegetarische en veganistische repertoire wil uitbreiden. Salades en soepen voor elk seizoen, verrassende voorgerechtjes en heerlijke ovenschotels.

Wat je moet doen als je over een nijlpaard struikelt – gedichten waar je wat aan hebt – Edward van de Vendel & Martijn van der Linden

Ik heb echt genoten van alle dwarse, lieve, vrolijke en verdrietige gedichten. De bijzondere tekeningen, in een zeer wisselende stijl, maken het helemaal af. 
 

De boom met het oor - Annet Schaap

Jaah, Annet Schaap van Lampje! De boom met het oor is een filosofisch, sprookjesachtig verhaal over een jongen die zijn verhaal aan niemand kwijt kan en al struinend door de stad en het stadspark hoort van de boom met een luisterend oor. De tekeningen van Philip Hopman zijn kleurrijk, prachtig en licht en brengen het verhaal en de stad (Barcelona) helemaal tot leven.

Betty (winkeldochter,10 jaar)

De wolventemmer – Barbara Jurgens

Runa (14) is op school een buitenbeentje. Als het vakantie is, gaan ze haar oma in Italië opzoeken. Dan gaat haar zus (Isa) op skitocht en komt niet meer terug. Iedereen denkt dat ze is aangevallen door een wolf, maar Runa wil dat niet geloven. Zij denkt juist dat de wolven haar iets willen vertellen. 
Superspannend en soms een beetje eng, maar wel heel leuk.

Marthe (winkeldochter,12 jaar)

Wondersmid, de roeping van Morrigan Crow (Nevermoor 2) – Jessica Townsend

Ik vond het eerste deel van Nevermoor al heel leuk, maar dit deel is misschien nog wel leuker! Morrigan is toegelaten tot het Wondergenootschap en mag nu naar school. Ze weet nog steeds niet waarom, maar als zij erachter komt en de andere leerlingen te weten komen wat haar speciale ‘kneepje’ is, wil niemand meer iets met haar te maken hebben. Nu is ze weer alleen! Gelukkig is ze slim en niet bang en heeft ze natuurlijk haar goede vriend Jupiter nog, als hij tenminste niet weer op reis moet... 

De ontdekkingsreiziger – Katherine Rundell

Als Fred, Con, Lila en Max over de jungle vliegen, krijgt hun piloot een hartaanval en storten ze neer. Ze moeten zien te overleven in het oerwoud en proberen terug te komen in de bewoonde wereld. Gelukkig wilde Fred altijd al ontdekkingsreiziger worden, is Con heel goed met haar handen, weet Lila veel over dieren en ziet de kleine Max alles. Samen komen ze een heel eind. Maar of het ver genoeg is...? 
Spannend!
 

Vogelkinderen – Mark Boode

Dit boek bevat misschien wel dé oplossing voor het klimaatprobleem: vind een mensvogel uit die de wereld gaat redden. Vogelkinderen hebben alle macht, en hebben het beste met de wereld voor. Helaas is niet iedereen het daarmee eens... Als de hoogste baas verdwijnt, begint er een heel avontuur. Het is spannend en meeslepend. Ik vond het omslag meteen heel mooi en ik vind het goed dat het over de milieuproblemen gaat.